De teelt van paprika is vergelijkbaar met die van tomaat, maar paprika groeit trager. Ze verdragen dus ook geen vorst!

De potkluit mag je niet te diep planten zodat de stengel niet met de teelaarde in contact komt. De grond moet voldoende warm zijn om te planten. Zorg voor een goede organische bemesting. Na de vruchtzetting kunnen we een bijbemesting geven opgelost in het water. Ze hebben voldoende water nodig, maar mogen niet te nat staan. Dus, niet overdrijven, paprika is immers een trage groeier!

Paprika plant je best in tunnel of kas; in warme zomers is het op een zonnig, beschut plaatsje in openlucht ook mogelijk om paprika te telen. Bij teelt in pot moet je regelmatig bijmesten en dagelijks water geven. Paprika moet gesteund worden met een paar stokken rond de plant of aan een draad (of 2 draden). De plant zal in het begin met 1 stengel groeien. Daarna splitst de plant in 2 scheuten. Tot aan de eerste natuurlijke vertakking van de plant worden alle zijscheuten gediefd. Het is ook aan te raden om de eerste 4 à 5 vruchten te verwijderen om een sterke plant te bekomen.

TIP : het is aan te raden de eerste vruchten groen te oogsten om de plant niet te lang te belasten met veel vruchten. Op die manier zal de plant meer vruchten geven.